In deze blog kijken we naar de uitrusting van Kassandros, een hypaspist in het leger van Alexander de Grote. In 331 v.Chr. traden de Macedonische veroveraar en zijn troepen vanuit het veroverde Egypte in de voetstappen van de beroemde tienduizend door rechtstreeks naar het Perzische binnenland te marcheren - met als doel de Achaemenidische koning Darius III van de troon te stoten. Onder de brandende zon van Klein-Azië zou het Macedonische leger geschiedenis schrijven en ten grondslag liggen aan een nieuwe periode in de Euro-Aziatische geschiedenis.
De Macedonische veroveringen
Na de Peloponnesische oorlog van de vijfde eeuw voor Christus waren de Griekse stadstaten verzwakt overgebleven. De grote verliezer, Athene, moest haar grote zeerijk opgeven, al slaagde haar pogingen om dit imperium opnieuw op te bouwen. De winnaar, Sparta had kort de macht in de Griekse wereld naar zich toe getrokken, maar de oorlog had gezorgd voor een flink tekort aan aristocratische Spartiaten. Hierdoor kon de stadstaat van krijgers nauwelijks haar eigen onderklasse van Heloten in bedwang houden. Het einde van Sparta zou dan ook in de komende eeuw komen als gevolg van een serie aan revoluties in de Peloponnesos.
Thebe, die het machtsvacuüm in Griekenland zag ontstaan, werd de leider van een nieuwe Boeotische bond, die zich tegen deze twee verzwakte oude machten richtte. De komende decennia zouden deze drie machtsblokken het door middel van huursoldaten met elkaar uitvechten, terwijl hun burgerbevolking sterk afnam. Op de achtergrond keken twee koninkrijken toe en wachtten hun kans af om de Grieken te veroveren; de een was de oude Perzische vijand in het oosten, de ander was een nieuwe speler in het noorden.
De Macedonische koning Philippus II (382-336 v.Chr.) zag de grote verdeeldheid van Griekenland vanaf het begin van zijn heerschappij in 359 v.Chr. als een rijpe grond voor verovering. Tot dit punt had het koninkrijk van Macedonië in de Balkan altijd tot de periferie van de Griekse wereld behoort; vanwege hun sterke noordelijke dialect werden ze niet eens toegelaten tot de Olympische Spelen, en beschouwden de meeste Grieken hen als half-barbaren. In de loop van vier jaar zou deze trots van de Griekse stadstaten echter hun ondergang blijken te zijn. De Philippus had namelijk een nieuwe, moderne strijdformatie ontwikkeld, die korte metten maakte met de verzwakte Griekse legers: de legendarische Macedonische falanx. Hoplieten (falanges) in deze opstelling vochten met zeer lange pieken (sarissa’s) in aaneengesloten linies, die samen ondoorbreekbare muren van speren vormden. De Atheners en Thebanen boden kort weerstand tegen deze stoomwals uit het noorden, maar werden in 338 beslissend verslagen bij Chaeronea.
Philippus paste hierna een slimme tactiek toe om te voorkomen dat de Grieken, die hun autonomie boven alles wilden behouden, in opstand zouden komen. Hij richtte in 337 v.Chr. de Korinthische bond op, een confederatie van alle Griekse staten onder Macedonische hegemonie. Lidstaten hoefden geen belasting te betalen en waren volledig autonoom over interne zaken, al moesten ze onderling de vrede behouden. Philippus was van plan om deze bond en de macht van een verenigd Griekenland te gebruiken om het Perzische rijk te veroveren. Voordat hij zijn aandacht kon richten op het oosten, werd hij echter in het volgende jaar vermoord. Zijn zoon Alexander (356-323 v.Chr.) zou de Macedonische ambitie in Azië voort moeten zetten.
Alexander de Grote
Deze charismatische zoon van Philippus begon zijn heerschappij op 20-jarige leeftijd door met het ervaren leger van de Korinthische bond de Egeïsche zee over te steken. Een landmacht van 43 000 soldaten en 5 500 ruiters veroverde zonder enige moeite de Griekse stadstaten aan de kust van Klein-Azië, die de afgelopen eeuw in Perzische handen waren geweest. Alexander was van plan om het hele Perzische rijk te veroveren, maar om dit te kunnen doen moest hij eerst voorkomen dat de Macedonische gebieden in Klein-Azië en het Griekse schiereiland zouden worden aangevallen bij zijn afwezigheid. Daarom marcheerde hij zuidwaarts naar Egypte en de Levant, om de Fenicische steden over te nemen waar de Perzische vloot zich bevond.
Bij een rivierdal in de buurt van de stad Issus probeerde het leger van de Perzische koning Darius III hem de weg te versperren. Deze versloeg de Macedonische falanx met gemak en Darius vluchtte naar het Oosten. Hij liet zijn zilverschatten achter, die Alexander gretig buit maakte en liet munten om zijn soldaten mee te betalen. De inname van de Fenicische steden duurde langer en kostte veel meer moeite dan hij had verwacht; om de stad Tyrus, dat op een eiland voor de kust lag, te veroveren, moest hij zelfs 7 maanden lang een dam bouwen. Het schiereiland dat hiermee werd gecreëerd bestaat vandaag de dag nog steeds. Ook liet hij Alexandrië stichten in de mond van de Nijl, de eerste van vele steden die naar zichzelf vernoemd waren.
Alhoewel Alexander zichzelf afschilderde als de grote held van de Griekse wereld, verzuurde dit beeld onder zijn Griekse bondgenoten, doordat de macht naar zijn hoofd begon te stijgen en hij zich sterk mengde in de culturen die hij veroverde. Ook nam hij verslagen Perzische generaals op in zijn legers en gaf ze meer giften dan zijn Griekse bondgenoten. Ze voelden zich verraden, maar durfden dit niet tegen hem uit te spreken; allen die zich tegen Alexander keerden, werden op wrede wijze vermoord. Alexander begon zich in hun ogen steeds meer te gedragen als een Perzische koning en beeldde zichzelf af als de erfgenaam van de Achaemeniden, de ‘grote vijand’ van de Grieken in de klassieke periode. Na zijn bezoek aan het orakel van Amon in Egypte, waar hij werd begroet als een pharaoh, liet de jonge Macedonische koning zichzelf zelfs vereren als een god op aarde. Dit was een gebruik dat normaal was onder de Egyptenaren en Perzen, maar werd door de Grieken, die een koning zagen als ‘de eerste onder de gelijken', als de hoogste vorm van despotisme en godslastering beschouwd.
Toch trokken de Macedoniërs verder het Perzische binnenland in. Ze traden in de voetsporen van de beroemde tienduizend Griekse huurlingen die 70 jaar eerder dezelfde tocht af hadden gelegd om een andere Perzische koning van de troon af te stoten. In 331 v.Chr., bij het stadje Gaugamela, kwamen Alexander en Darius elkaar weer op het slagveld tegen. Hier pastte de Macedonische koning een revolutionaire cavalerietactiek toe, waarmee hij zeer snel de slag wist te winnen; de zware cavalerie van hetairoi ('bondgenoten') vormde een wendbare wig, met Alexander in de punt. Door te doen alsof ze het Perzische leger probeerden te omsingelen, wisten ze het Perzische leger, dat dit probeerde te voorkomen, ver uit elkaar te strekken en dwars door een zwak punt in de linie heen te breken. Darius vluchtte na dit te zien gebeuren opnieuw naar het Oosten, maar werd gevangengenomen door zijn eigen generaal Bessus in Bactrië (hedendaags Afghanistan). Alexander liet zich na deze overwinning kronen met een Perzisch diadeem als 'de koning van Azië’, een ceremonie die schoorvoetend werd toegekeken door zijn Griekse bondgenoten.
Hij hervatte zijn veroveringstocht en liet zonder slag of stoot het koninklijke paleis in Persepolis afbranden; hij schilderde het af als een vergelding voor de verwoesting van Athene in 480 tijdens de Perzische oorlogen, om zijn ontgoochelde Griekse soldaten weer tot zich te winnen. Na enige maanden wist Alexander de sporen van Darius naar Bactrië te volgen. Hier maakte hij in 329 v.Chr. korte metten met de verraderlijke Bessus, die zichzelf had uitgeroepen tot de nieuwe Perzische koning en Darius op wrede wijze publiek had vermoord. Alexander gaf Darius een waardige begrafenis, tot grote bewondering van de Perzen. Hiermee hoopte hij zichzelf als waardige opvolger van de Achaemeniden neer te zetten om opstanden te voorkomen. Hij stichtte veel steden (die hij uiteraard naar zichzelf vernoemde), veroverde een groot gebied en huwde de Perzische prinses Roxane. Opnieuw richtte Alexander zich in 323 v.Chr. naar het Oosten, om het Indiase schiereiland voorbij de Grenzen van het Perzische rijk te veroveren. Zijn soldaten kwamen bij de Indus in opstand en weigerden de rivier over te steken; ze misten hun familie en thuis in Macedonië en Griekenland, die ze al 13 jaar niet meer hadden gezien. Deze muiterij overtuigde Alexander om zijn veroveringsplannen op te geven en zich terug te keren naar Babylon. Voordat hij dit echter kon doen, overleed de 33-jarige Macedonische koning zeer plotseling aan een onbekende ziekte.
De Hellenistische wereld
Meteen na de dood van de opvolgerloze Alexander kwam een periode van intense conflicten, waarin zijn generaals onderling vochten over erfgenaamschap over zijn rijk. Uiteindelijk bleven er vijf over, die het Macedonische rijk onder elkaar verdeelden;
Seleucus, de grote winnaar die zou heersen over het voormalige Perzische rijk in het Oosten, tot de Parthen zijn dynastie omver zouden werpen,
Ptolemaeus, die zou heersen over Egypte en de Fenicische steden van de Levant en wiens dynastie zou eindigen met de beroemde Cleopatra,
Antigonos de een-oog, die zou heersen over Klein-Azië en de belangrijkste Griekse stadstaten aan de Egeïsche kust,
En tot slot Cassander en Lysimachus, die de troostprijzen in Macedonië en Thracië in handen kregen.
Hiermee was ook de ‘Hellenistische’ periode aangebroken, de grootste erfenis van Philippus en Alexander. Hun veroveringen hadden dan niet een verenigd rijk gecreëerd, maar wel een culturele en economische wereld die - ondanks de grenzen tussen de koninkrijken - hecht met elkaar was verbonden. De Hellenistische periode wordt beschouwd als een tijd van ongekende globalisering in de oudheid. Het leger van Alexander had de Griekse kunst en cultuur verspreid door in West-Azië Griekse steden te stichten en zorgde voor een verbinding tussen oost en west, waardoor Aziatische cultuur en kunst ook naar Europa werden verspreid.
Niet alleen de elitecultuur kreeg hiermee een sterke Griekse invloed, maar ook veel meer aspecten in de door Alexander veroverde gebieden. Van de Donau tot de Indus, al waren ze Macedonisch, Egyptisch, Perzisch, of zelfs Boeddhistisch, wisselde men cultuur en goederen met elkaar uit, betaalde men met dezelfde munten en sprak men dezelfde lingua franca- Grieks. Alexander de Grote was dan niet de goddelijke heerser van Azië gebleken, maar de nieuwe hellenistische wereld die voortkwam uit zijn heerschappij zou blijven voortbestaan tot de veroveringen van Rome en Parthië.
Samenstelling Kassandros - Kleding
In de legers van Philippus, Alexander en hun opvolgers in Azië werd de Macedonische falanx gebruikt, waarin naast de phalanges met hun lange pieken, ook hypaspisten vochten, wendbare hoplieten die de kwetsbare flanken van de falanx moesten verdedigen. De hopliet Kassandros die we in deze blog bekijken, is één zo’n hypaspist. Onder zijn wapenuitrusting draagt hij een tuniek, een gordel en een paar versleten leren sandalen. Ook draagt hij zijn dikke wollen mantel als bescherming tegen de Perzische zon en de snijdende kou van de Hindoekoesj.
Chiton (tuniek)
Griekse tunieken waren gemaakt van linnen, soms ook van wol. De rode tuniek die Kassandros draagt is gemaakt van dikke stof en heeft korte mouwen, maar in de warmere maanden droegen Grieken vaak lichte gewaden die hun armen en schouders onbedekt lieten. Klassieke Grieken droegen onder hun tuniek geen broek, omdat ze die als barbaars beschouwden.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/romeinse-tunica-mars.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/mouwloze-tuniek-106626427.html
Sandaloi (sandalen)
Vanwege het warme, gematigde klimaat werden in het klassieke Griekenland en de rest van het Middellandse Zeegebied sandalen (sandaloi) zoals deze gedragen. Al draagt Kassandros simpele militaire sandalen die minder open zijn om de voeten beter te beschermen, waren er in de oudheid constant nieuwe modetrends voor sandalen die door het modieuze Athene werden bepaald.
Naast sandalen droeg men vanaf de vijfde eeuw voor christus ook een soort veterlaarzen (zoals endromis en embades)en in de winter sokken van vilt (piloi) om de voeten warm te houden.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/leren-ijzertijdsandalen-zwart.html
Gordel / riem
Om de tuniek vorm te geven werden zowel simpele leren riemen als stoffen gordels gebruikt.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/viking-riem-caja-zwart.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/viking-riem-caja-rood.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/viking-riem-caja-blauw.html
Chlamys (mantel)
De chlamys was een wollen mantel die in het klassieke Griekenland werd gedragen. Deze hield de kleding schoon en bood de drager bescherming tegen weer en wind.
De mantel die Kassandros draagt is echter niet alleen bedoeld om hem warm te houden, maar vormt ook een onderdeel van zijn wapenuitrusting. Op het slagveld wikkelt hij de mantel namelijk om zijn wapen-arm om deze te beschermen tegen speren, zwaarden en pijlen.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/middeleeuwse-mantel-karen-blauw.html
De mantel werd vastgemaakt met een fibula, een metalen kledingspeld die vaak werd versierd.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/keltische-boogfibula.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/spiraalvormige-brilfibula.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/la-tene-boogfibula.html
Wapenuitrusting
De wapenuitrusting van Kassandros is anders dan de meeste Macedonische hoplieten: In tegenstelling tot de phalanges met enorme pieken en lichte schilden die over hun schouder hangen, lijkt hij op de hoplieten uit de klassieke periode. Hij draagt een groot bronzen schild, ‘phrygische’ bronzen helm, bronzen musculata en scheenbeschermers om zijn lichaam te beschermen. Hij gebruikt een lange speer, de xyston, om de flanken van de falanx te verdedigen en een kort kapmes, een kopis, als secundair wapen.
Hoplon (schild)
Het grote bronzen schild (hoplon / aspis) was het belangrijkste onderdeel van de uitrusting van de hopliet; de naam ‘hopliet’ is er zelfs van afgeleid. Dit zware schild was bedoeld om in een dichte schildmuur-formatie (falanx) te vechten, waarbij een hopliet voor een deel werd bedekt door het schild van de anderen naast hem. In de Macedonische falanx werden andere schilden gebruikt, die aan een band over de schouder hingen zodat phalanges hun piek met beide handen konden vasthouden. Als hypaspist is Kassandros gespecialiseerd in het verdedigen van de kwetsbare flanken van deze formatie en daarom gebruikt hij nog steeds de aspis.
De aspis was vaak versierd met bronswerk of verf. Deze versieringen werden om verschillende redenen toegepast maar hadden meestal een symbolische betekenis. Zo werd de hoplon gebruikt om de identiteit van de polis van de hopliet te tonen. Voor Athene was dit bijvoorbeeld een uil, het symbool van de godin Pallas Athena die de stad beschermde. In Sparta werd dit gedaan met een lambda (de L in het Griekse schrift) als symbool voor Lacadaemonië, het gebied waar de Spartanen vandaan kwamen.
Ook hadden veel hoplieten een een monster uit de Griekse mythologie op hun schild. Dit was een minder patriottistische versiering, die was bedoeld om kwade krachten af te weren en hun vijanden af te schrikken. Het schild van Kassandros is versierd met een gorgoneion, de kop van een monsterlijke gorgon-demoon die mensen kon verstenen met haar blik. Deze versiering om kwade krachten af te weren haalt ook inspiratie uit de Ilias: namelijk van de aegis, een mythologisch pantser of schild waaraan een gorgonenkop hing. Het kon de gebruiker tegen alle gevaren beschermen en werd in de mythen gedragen door de goden Zeus (als een schild) en Athena (als een pantser).
https://www.celticwebmerchant.com/nl/grieks-hoplietenschild.html
Helm
Er zijn verschillende bronzen helmen die werden gedragen door hypaspisten en andere Macedonische hoplieten in deze periode. Beide helmen werden gebaseerd op populaire hoeden in deze periode.
De Thracische helm was een veelgebruikte helm onder hoplieten in de laat-klassieke en Hellenistische periode. Het had de karakteristieke vorm van de Phrygische muts, een kledingstuk werd gedragen door verschillende Indo-Europese volkeren, met name de Thraciërs en Phrygiërs. Deze helmvorm gaf soldaten een intimiderend profiel omdat de drager langer leek dan hij daadwerkelijk was. Ook kon de drager goed horen en bood de helm met de toevoeging van grote wangplaten een goede middenweg tussen gezichtsveld en bescherming.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/deepeeka-thracische-hoplietenhelm.html
De Boeotische helm was een ander type bronzen helm die speciaal was bedoeld voor ruiters. De helm gaf de drager een breed gezichtsveld en had de vorm van een petasos, een Griekse hoed die beschermde tegen de zon; het was geen wonder dat deze dus zeer effectief werd gebruikt in Azië door de Griekse veldheer Xenophon, Alexander de Grote en latere Hellenistische heersers.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/griekse-boeotische-helm-messing.html
Meer interesse in de geschiedenis en ontwikkeling van verschillende helmen uit de Griekse oudheid? Je leest het in deze blog!
Musculata (borstpantser)
Kassandros draagt een bronzen kuras dat anatomisch is gevormd. Een zogeheten musculata was de duurste vorm van borstpantser en kon alleen worden betaald door de rijkste hoplieten.
Het mannelijk ideale lichaam was erg belangrijk in Griekse kunst en was een belangrijk symbool voor de oorlogsvoerende krijgersklasse van de samenleving. Dit ideaalbeeld zorgde voor de ontwikkeling van het gespierde borstkuras, dat bedoeld was om de spieren van de krijger te symboliseren. Ook goden die werden geassocieerd met oorlog zoals Ares of Mars maar ook godinnen als Athena of Minerva werden vaak afgebeeld met een spierborstplaat.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/zwarte-musculata.html
Meer interesse in de ontwikkeling en verspreiding van de musculata? Je leest het in deze blog!
Scheenbeschermers
Omdat het schild van de hopliet rond was, kon deze niet het hele onderlichaam bedekken. Daarom droegen hoplieten zoals Kassandros ook bronzen onderbeenbeschermers. Deze waren anatomisch gevormd en boden bescherming voor de knieën en schenen.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/luxe-griekse-scheenbeschermers.html
Speer (doru)
Ten tijde van de Macedonische falanx was de sarissa het belangrijkste wapen van de hoplieten, een piek van wel 5 tot 7 meter lang. Als hypaspist die de kwetsbare flanken van deze formatie beschermt, gebruikt Kassandros nog de ouderwetse doru, met een lengte van ‘slechts’ 2-3 meter.
Deze speer was gemaakt van essenhout en had naast een bladvormige speerpunt ook een spitse schachtkap die op verschillende manieren kon worden gebruikt. Zo hielp deze om de speer in de grond te kunnen steken en konden hoplieten gemakkelijk gewonde vijanden doden terwijl ze de speer rechtop hielden. Ook kon de schachtkap door de hopliet worden gebruikt als back-up-speerpunt wanneer zijn doru doormidden brak.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/speerpunt-schachtkap-griekse-dory.html
Ook werden door hoplieten en andere Griekse soldaten kleinere werpsperen gebruikt.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/lange-griekse-speer.html
Zwaard (kopis/falcata)
Kassandros gebruikt als tweede wapen een kopis (ook wel falcata of makhaira genoemd), een enkelzijdig geslepen stalen zwaard. Deze zwaarden konden zo hard houwen dat er verslagen zijn dat ze bronzen helmen doorkliefden. In de Hellenistische periode had de kopis grotendeels de rol van de xiphos overgenomen als het voornaamste ‘hoplietenzwaard’.
https://www.celticwebmerchant.com/nl/keltische-iberische-falcata-hannibal.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/iberische-falcata-brons.html
https://www.celticwebmerchant.com/nl/iberische-falcata.html
Meer interesse in de ontwikkeling en verspreiding van de kopis? Je leest het in deze blog!